Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA)
Alle overheidsinstanties gebruiken de Basisregistratie Personen (BRP); van de GGD en het Sociaal Loket tot de Belastingdienst. Een correcte registratie van adressen van burgers is voor de taken van deze instanties erg belangrijk, maar ook voor de burger zelf. En dat is precies waarom Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA) in het leven is geroepen: om de kwaliteit van de adresgegevens in de BRP te verhogen en waarborgen.
Iemand die verkeerd op een adres geregistreerd staat, kan dit gebruiken om bijvoorbeeld (belasting)schulden en boetes te ontwijken of te frauderen, maar kan ook ‘onzichtbaar’ zijn waardoor hulp niet geboden kan worden. Daarnaast is ook lang niet iedere burger zich bewust van de noodzaak voor een goede inschrijving waardoor er onbedoeld fouten in de registratie ontstaan.
Samen werken aan adreskwaliteit
LAA bestaat uit een samenwerking van publieke organisaties, waaronder gemeenten, diverse ministeries en uitvoeringsorganisaties. Samen werken wij eraan om incorrecte adresgegevens in de BRP te herkennen en te herstellen. Ook werken we samen met organisaties als de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken (NVVB), Divosa en VNG Naleving. Hierdoor wordt er vanuit verschillende belangen en kennisvelden naar de kwaliteit van inschrijvingen in de BRP en de gevolgen daarvan gekeken, zodat de inzet van LAA de samenleving maximaal ten goede komt.
In onderstaande animatie vertellen we je hoe LAA werkt.
Download video
- Download in MP4 HD formaat MP4 HD | 56.1 MB
Uitgeschreven tekst
De Landelijke Aanpak Adreskwaliteit is een samenwerking van publieke organisaties...
die werken aan het herkennen en herstellen van incorrecte adresgegevens in de Basis Registratie Personen, de BRP.
In Nederland wordt van iedereen het woonadres bijgehouden.
Dat gebeurt in de BRP.
Alle overheidsinstanties maken hier bij de uitvoering van hun taken gebruik van.
Het is dus belangrijk dat woonadressen kloppen.
Als mensen verkeerd geregistreerd staan, kan de overheid ze niet bereiken.
Hierdoor lopen ze zorg en eventuele toeslagen mis die ze wellicht nodig hebben.
Ook bestaat de kans dat mensen met een foutief woonadres...
ten onrechte overheidsgeld krijgen of dat boetes niet geïnd kunnen worden.
Gemeenten en overheidsdiensten vermoeden soms dat de adresregistratie niet klopt.
Bijvoorbeeld wanneer er veel mensen op een bepaald adres staan ingeschreven...
of als overheidspost retour wordt gestuurd.
Op basis van diverse profielen worden signalen gemaakt.
Een gemeente kan met deze signalen een onderzoek starten...
en bij serieuze twijfel, een huisbezoek afleggen.
Op die manier stelt de gemeente vast of de adresgegevens kloppen.
Kloppen ze niet, dan corrigeert de gemeente deze in de BRP.
Zo verbetert de kwaliteit van de BRP en beschikken overheidsorganisaties over de juiste, actuele gegevens.
Ook kunnen gemeenten met de bevindingen van het huisbezoek hun dienstverlening voor de bewoner aanpassen en verbeteren.
Door op huisbezoek te gaan, krijgen gemeenten zicht op mensen die mogelijk hulp nodig hebben.
Of op misstanden die zich achter de voordeur afspelen.
Zo werkt de overheid in de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit samen aan de kwaliteit van de BRP.
Wil je meer weten? Kijk op www.rvig.nl

Hoe werkt het: risicogericht adresonderzoek
Gemeenten, politie en overheidsdiensten zoals de Belastingdienst en het Centraal Justitieel Incassobureau krijgen soms signalen die wijzen op een verkeerde adresregistratie.
Bijvoorbeeld:
- te veel bewoners per vierkante meter;
- post die de afzender retour krijgt;
- een afwijkende samenstelling van een huishouden op een adres.
De signalen worden gedeeld met het Informatieknooppunt (IKP), dat ze analyseert en geschikt maakt voor mogelijk onderzoek door gemeenten. In het IKP wordt bovendien de informatie van de deelnemende organisaties aangevuld met gegevens die worden verkregen uit andere (basis)registraties. De gegevens worden verwerkt tot risicogerichte signalen voor adresonderzoek. De gemeente kan met deze signalen een onderzoek starten en bijvoorbeeld een huisbezoek afleggen. Op die manier stelt de gemeente vast of de adresgegevens kloppen.
Medewerkers van gemeenten kunnen vervolgens risicogericht adresonderzoek doen en waar nodig de adresgegevens corrigeren in de BRP. Met de uitkomsten kunnen gemeenten ook hun dienstverlening voor de bewoner aanpassen en versterken. Denk hierbij aan het verlenen van zorg of schuldhulpverlening. Landelijke overheidsorganisaties als het UWV, DUO en de Belastingdienst beschikken zo ook over de juiste en actuele gegevens. Zo krijgen meer burgers waar ze recht op hebben. Daarnaast brengen onderzoek en huisbezoeken ook gevallen van adresfraude aan het licht.
Adresonderzoek
Het adresonderzoek kan ook bestaan uit een huisbezoek. Om zo min mogelijk bewoners lastig te vallen gebeurt dat pas bij serieuze twijfel. Het onderzoek voldoet aan de regels voor privacybescherming en de onderzoekers moeten zich legitimeren.
Het kán dus gebeuren dat het adres van een burger wordt onderzocht. Vaak gaat het om een misverstand of een vergeten verhuismelding. Dat betekent niet altijd dat de gemeente fraude vermoedt. Wanneer uit het onderzoek blijkt dat correctie van de BRP-registratie nodig is, dan zal de gemeente dat aan de bewoners melden. Bij voldoende bewijs is de gemeente bevoegd en verplicht die registratie te wijzigen, ook zonder instemming van betrokkenen. Dat kan gevolgen hebben voor toeslagen, uitkeringen en andere regelingen.
Iedereen is volgens de wet zelf verantwoordelijk voor een juiste registratie in de BRP: wie verhuist moet dat snel melden aan de gemeente. Een inschrijving kan gecontroleerd worden via MijnOverheid.nl, door in te loggen met DigiD. Correcties kun je doorgeven aan je gemeente. Ben je slachtoffer van adresmisbruik? Vraag dan om een adresonderzoek!